De nachttrein vertrekt boemelend van Hanoi naar Hue, een rit van zo’n twaalf uur. Ik installeer me op mijn stoel met een boek over Cornelis Musch. Hij woonde in de zeventiende eeuw met zijn vrouw in Den Haag en was een griffier die zichzelf op corrupte wijze verrijkte. Hij werd daarmee de machtigste man van de republiek. Omdat iedereen van hem afhankelijk was en iedereen boter op zijn hoofd had, kon hij lange tijd zijn gang gaan.
Een half uur na vertrek wordt er op de deur geklopt van onze vierpersoonscoupé. Bij opening ontwaren we het gezicht van de conducteur. Ik wil hem onze kaartjes overhandigen, maar in plaats van deze aan te pakken stapt hij naar binnen en sluit de deur. ‘Wilt u deze coupé de hele nacht voor uzelf?’
Mijn man en ik kijken elkaar aan en vervolgens knikken we naar de conducteur.
‘Dat kost u dan 200.000 Dong.’
Omgerekend is dat nog geen vier euro per persoon. De verleiding is groot. De nacht voor onszelf, zonder mensen, die op een van de volgende stations onze coupe binnenstappen, licht dat aangaat, het geschuif van koffers die ze onder de banken zetten. En als ze zich eindelijk geïnstalleerd hebben is het afwachten of ze wel willen gaan slapen.
We overleggen kort en schudden eensgezind nee naar de conducteur. We denken dat de twee andere plaatsen in de coupé niet verkocht zijn en dat de conducteur zo wat extra inkomsten hoopt te genereren van naïeve toeristen. De conducteur neemt zijn verlies en vertrekt glimlachend.
Ik lees weer verder in Musch. De man is ronduit slecht. Als hoogste ambtenaar van de Staten-Generaal paste hij eigenhandig resoluties aan en bespeelde raadslieden voor eigen gewin. Maar hij had nooit zo ver kunnen komen als het systeem hem niet de ruimte had gegeven. Hoe zou ik mij gedragen in een samenleving waar corruptie dagelijks onderdeel is van het leven?
Het gesprek met de conducteur laat me niet los. De man misbruikt zijn positie en wat klein begint kan alleen maar groter worden. Aan de andere kant, mensen zijn hier arm. Ik kan het als een vorm van bijverdienen zien en het gaat niet over de grootschaligheid en geldhonger van Musch.
Die nacht is er geen passagier meer bijgekomen in onze coupe. We hadden het deze keer juist ingeschat. Hadden we het anders gedaan als we wél afhankelijk waren geweest van de conducteur waar het onze nachtrust betrof? Ik weet het niet. Ik lees verder in Musch. Misschien dat ik daar nog wat van kan leren over hoe het in ieder geval niet moet.
Last modified: 7 juni 2019